De Nederlandse netbeheerders hebben vorig jaar 3.200 klachten gehad van zonnepaneeleigenaren over het uitvallen van hun omvormer. Naar schatting komt het probleem voor bij 1 op de 20 zonnepaneeleigenaren.
Dat meldt Netbeheer Nederland namens de regionale netbeheerders waaronder Enexis, Liander en Stedin.
1,5 miljoen kleinverbruikers
Het aantal kleinverbruikers met zonnepanelen is sinds 2016 vervijfvoudigd. Volgens de netbeheerders hebben circa 1,5 miljoen kleinverbruikers in Nederland inmiddels zonnepanelen.
11 uur per jaar
De netbeheerders melden dat bij 1 op de 20 van de zonnepaneeleigenaren de spanning wel eens te hoog oploopt; oftewel bij 75.000 zonnepaneeleigenaren. Gemiddeld doet dit probleem zich slechts 11 uur per jaar voor. Dat is minder dan 1 procent van het gemiddelde aantal van 1.550 zonuren dat Nederland jaarlijks kent.
‘Slechts’ 3.200 klachten
Belangrijke kanttekening bij de gemelde aantallen is dat het om een schatting gaat. In de praktijk hebben de netbeheerders in 2021 namelijk slechts 3.200 klachten over spanningsproblemen ontvangen. Wel is het aantal klachten afgelopen jaar met 45 procent gegroeid.
Het Nederlandse laagspanningsnet waarop consumenten zijn aangesloten, heeft een spanningsniveau van 230 volt.
De spanning mag maximaal 10 procent afwijken. Om te voorkomen dat apparatuur niet of slecht werkt, moet elk aansluitpunt in het laagspanningsnet daarmee een spanning hebben tussen de 207 en 253 volt. Met een lagere spanning werken bepaalde apparaten niet meer naar behoren, en met een hogere spanning kunnen ze kapotgaan.
De aanwezigheid van zonnepanelen kan de spanning op het laagpanningsnet opdrijven en leiden tot het overschrijden van het maximum. Een omvormer van zonnepanelen schakelt zichzelf uit als de netspanning boven de 253 volt dreigt te komen. Dat gebeurt bijvoorbeeld op zonnige dagen aan het begin van de middag, als het aanbod van zonnestroom piekt en er weinig elektriciteitsvraag is.